
Tot vorige week woonde ik in Kralingen, nabij de Erasmus Universiteit Rotterdam. Door het groeiende internationale karakter van haar opleidingen hoor je in die wijk steeds meer Engels. Misschien meer dan het Nederlands. Zo moest ik tijdens mijn laatste boodschappen twee Chinese meiden uitleggen dat ze hun Rotterdamse kaart ondersteboven bestudeerden, in het Engels. Gegiechel, in het Chinees. Ook om de straatnaam Voorschotenlaan: we verbasteren de Nederlandse ‘ch’ voor het gemak in een ‘sj’. Rotterdam overleeft op een dieet van Engels.
En dan tijdens een Pitch avond, georganiseerd door Funk-e; het coolste animatieteam in Rotterdam. Tussen vijftien enthousiaste en creatieve pitchers ben ik de enige Nederlander. Twee collega-pitchers verstaan mijn taal alleen op goed geluk. Mijn pitch wordt dus Engelstalig. Over de Museologue, mijn Nederlandssprekende kind. Ineens valt het op dat haar naam associeert met ‘dialogue,’ wat het concept in het Engels een andere lading geeft. Zijn het gesprekken met museumkundigen? Zo leidt mijn pitch, die tot doel heeft de bedoeling van de Museologue zo bondig mogelijk uit te leggen, juist tot nieuwe, interessante vragen. Zo ook de vraag of de Museologue misschien een Engelstalig leven beschoren is.
Want enkelen zijn na mijn pitch zo enthousiast geworden dat ze de Museologue bezoeken op haar digitale adres. Om hier te ontdekken dat er geen woordje Engels te vinden is. Zelfs mijn Portugese vriend kan mijn werk niet lezen. Dat klopt wel, want mijn lieve Museologue is in het Nederlands opgevoed. Met moeder’s taal; een toverdoos gevuld met een divers vocabulaire, een palet aan nuances en een wasempje slang. Die toolbox wil de Museologue niet over boord gooien, maar het is zonde dat niet-Nederlandssprekenden haar niet kunnen volgen, de reviews moeten missen, van tips over cultuurland verstoken blijven. Het Engels is onvermijdelijk gearriveerd, maar het Nederlandse karakter van de Museologue wil blijven.
Daarom vind je vanaf nu de korte artikelen gesplitst in beide talen. Langere artikelen krijgen een Nederlandse of een Engelse versie, afhankelijk van hun topic en inspiratie. En er komen meer gastbloggers die in het Engels schrijven. Wij Nederlanders kunnen het Engels toch wel lezen, en zo is er voldoende te doen voor onze ‘Nederlalfabeten’.
En mijn pitch? Die ging ongeveer zo:[vc_blockquote type=”type1″ border_color=”#69bf9c” border_size=”2″]
Je wilt kunst & cultuur snuiven, maar waar begin je en wat moet je kiezen? Op www.demuseologue.com vind je persoonlijke reviews en achtergronden om ideeën op te doen. Kies wat de moeite waard is en wat je wil skippen in cultuurland, offline en online. Zo beland je niet alleen bij de trekpleisters, maar ook bij de verborgen pareltjes.
De Museologue: in dialoog met kunst & cultuur.
[/vc_blockquote]
Maar dan dus in het Engels…